“Ik zou zo graag trots willen zijn. Niet om iets van mezelf, maar trots op mijn kinderen. Dat wil ik zo graag voelen” .
Ze zit huilend tegen over me. Een vrouw van 38 jaar die ongewild kinderloos is gebleven. Ze is onrustig, piekert veel en slaapt slecht. Regelmatig bekruipt haar het gevoel dat alles zinloos is. Nu ze geen moeder wordt, mist ze een doel in haar leven.
“Als ik mijn vriendinnen hoor praten over hun kinderen, ben ik stikjaloers. Er is altijd wel een kind die een musical heeft gedaan, een diploma heeft gehaald of op kamers is gegaan. Die blik in de ogen van de moeders, de glimlach op hun gezicht..ik kan het niet aanzien.
Mijn partner beleeft het anders. Hij zegt dat veel dingen zijn om trots op te zijn. Dan voel ik me schuldig. Want ja, er is veel. Maar geen kinderen en niet die blik in mijn ogen.
Kun je me daarbij helpen ?”
Ik kijk haar aan.
“Wil je dat ik - samen met jou- kijk naar een manier waarop je trots kunt zijn ? Of minder jaloers op de trots van moeders ?”
Ze knikt.
“Ik ben bang dat ik je daarmee niet kan helpen.
De trots of jaloersheid laat jouw verlangen naar kinderen zien. Of het raakt aan jouw pijn van een onvervulde kinderwens. Dat kan ik niet oplossen. Dat is er.
Ik kan wél met jou kijken naar je onrust, je piekeren en je slapeloosheid. Ik kan je helpen om ruimte geven aan je verdriet en te kijken naar jouw zin in het leven. En op welke andere manier je dit vorm kan geven als je geen moeder wordt.
Als dit lukt, zul je nog steeds last hebben van de trotse moeders.
Alleen heb jij dan een andere, nieuwe blik in je ogen gevonden “.